zondag 1 augustus 2010
VAN MENS OP MENS: HISTORIEK
HISTORIEK
Joost huwde Helena, welke de dochter was van Cornelis en Machelina. Na de dood van haatr man hertrouwde Helena met Coenraad die toen — we schrijven 1715 — soldaat was bij het tweede bataljon van het regiment van luitenant-generaal Evertsen, dat in Vlissingen gelegerd was.
Joost had veel kinderen, in 1782 wordt Jacobus gedoopt te Goes en in 1805 komt hij in Gent terecht, hij was artiest, portretschilder en hij is nog altijd niet dood. Zijn geest dwaalt ergens in Gent rond, want sedert 1834 is hij “afwezig "volgens de bevolkingsregisters.
Meer dan één artistiek café liep ik reeds af, maar ik ben hem nog nooit tegengekomen. Ik denk dat hij op een donkere winteravond met een stuk in zijn kraag ergens de Leie is binnengesukkeld. Men kon toen nog gerust in de Leie verzuipen, nu zou ge in de modder blijven steken. Ge zou zelfs niets eens de Nazarener moet zijn om wonderen te verrichten, want op het water wandelen is vandaag niet meer moeilijk; vooral niet op de stinkende Leie te Gent.
Vooraleer Jacobus verdween, had hij toch nog de tijd om een schoon meisje te trouwen, Maria Carolina, een Gentse, de dochter van een pruikenmaker. Ze zijn in de Sint-Niklaas-kerk getrouwd: een vriend van hem, Charles, een beeldhouwer, was hun getuige. In die tijd toen ge nog geen kindergeld kreeg en toen het even lastig was voor een "artiest " als het nu nog is, kregen ze negen kinderen. Hippolyte, de oudste die ook kunstschilder zou worden, werd geboren op 11 januari 1816.
Het was een rare, een vent met lang haar, baard, een grote hoed op en een ” lavalièrs ” om de hals; ene met veel ” gestes ”.
Op een warme meidag, en in die tijd waren de meidagen nog schoon en warm, ontmoette hij in de Donkersteeg Virginie. Ze gingen een kop koffie drinken — in de ” Mokkabon ” meende ik te zeggen, maar deze bestond toen zeker nog niet. De mensen daar zien er nog zo oud niet uit. In alle geval zullen ze wel ergens beland zijn. Virginie was een meiske om van te snoepen, ze hebben niet lang ” gevrijd ”, enkele maanden later trouwden ze, Virginietje in 't wit, Hippolyte met hoge hoed. Het moet schoon geweest zijn in de Sint-Baafskerk, en bloemen, en volk dat er was. Het vele volk kwam eigenlijk voor de ” papa ” van Virginie, want ge moet weten ” papa ” was ” scherprechter van Oost Vlaanderen ”. Een Duits, dat zal wel zijn, hoe zou het anders gekund hebben en het kon nooit geen kwaad u eens te laten zien op de trouw.
Tijdens zijn ” carrière ” heeft hij er amper een paar hun kop afgekapt; het schijnt dat hij er telkens niet goed van was, dit werk lag hem niet, hij was nog liever ” metsersknape ” geworden, maar ge hebt niet altijd uw eigen lot in handen. Nu, als het u mocht interesseren, zijn zwaard is nog steeds te zien in het Gravensteen. Op hun beurt hadden ze acht kinderen. Eén ervan, mijn grootvader, was getrouwd met Victoria Joanna De Geyter, een familielid van de componist van de Internationale. Volop zitten we nu in de arbeidersstrijd, het opkomend socialisme, in Vlaanderen met te Gent Eedje Anseele en Vooruit. Mijn grootvader, een huisschilder, was een der eersten om in 1872 aan te sluiten bil de Internationale.
Zijn kinderen zijn op hun beurt allen socialisten geworden toen ze volwassen waren. Tante "Mie " had nog de kruidenierswinkel op het Garenplaatske open gehouden; haar echtgenoot, nonkel ” Miele ” was zelfs ” baas ” in het schoenmagazijn geweest. Soms liep er wel eens een ” naast de schreve ”, zoals men te Gent zegt.
Jan VERWEST.
19 februari 1976
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten